De ons omringende lucht bevat ongeveer 20% zuurstof (O2). De lucht die wij inademen komt via de neus, luchtpijp (trachea), bronchiën in de longen terecht. De zuurstof komt via de longblaasjes in het bloed terecht en hecht zich aan de hemoglobine. Hemoglobine is een eiwit dat het bloed rood kleurt. De zuurstof wordt daarna via het bloed naar de cellen van de organen en de spieren vervoerd. Alle cellen hebben voldoende zuurstof nodig, maar ook voedingsstoffen. In de cellen van alle organen vindt de verbranding van zuurstof en voedingsstoffen plaats. Bij de verbranding of stofwisseling komt energie vrij, maar ook afvalstoffen die via de natuurlijke weg het lichaam verlaten (urine, ontlasting en transpireren). Bij dit proces wordt koolzuurgas ( CO2 ) geproduceerd.
Het grote probleem is dat bij de meeste mensen het zeer belangrijke koolzuurgas verdwijnt bij de diepe ademhaling. Wij hebben voldoende koolzuurgas in de cellen en in de longblaasjes nodig.